Geestelijke opwinding

Het kan gebeuren dat je geest in zazen zo onrustig is, zo erg op de gedachten gefixeerd, zo sterk meegaat in de verhalen van het denken, dat het lijkt of je er maar niet toe kan komen je ademhaling langer dan een paar seconden te voelen. Deze geestelijke opwinding noemt men in de Japanse zen sanran.

Veel mensen vertellen me na hun eerste zazen dat ze verbaasd zijn hoe druk en richtingloos hun geest is. Het lijkt wel alsof zazen de chaos alleen maar doet toenemen! Maar wat er in werkelijkheid gebeurt is dat zazen je de kans geeft om het denken gade te slaan zodat je kan vaststellen hoe het alle kanten uitgaat. Deze bewustwording is een heel belangrijke eerste stap in de beoefening. Door steeds terug te keren naar het voelen van de ademhaling en van de belangrijke punten van de houding leren we het denken voor een stuk tot rust te brengen maar vooral ons er niet meer in dezelfde mate door te laten meeslepen. Het is hierbij op geen enkele manier nodig of zelfs wenselijk tot gedachteloosheid te willen komen, dat is een oppervlakkige en weinig bevrijdende attitude, die je beoefening zelfs ernstig kan blokkeren.

Maar wanneer de gedachten zo chaotisch zijn dat je er voortdurend helemaal door meegesleept wordt kan dat een hindernis zijn. Wat je in dat geval kan doen is je aandacht naar één klein punt laten gaan: kies bij voorbeeld het contact tussen je duimen, of het contact tussen de punt van je tong en het gehemelte als object om zo goed mogelijk te voelen. Geef ook aandacht aan de uitademing, maak die ook lang en diep – dat is rustgevend. Vermijd het om in een wilsmatige concentratie te gaan (“ik moet en zal rustig worden!”) want dat werkt niet. Laat je eerder fascineren door de gewaarwording van dat kleine punt, van die uitademing. Geniet ervan. Laat vriendelijkheid en menselijke warmte opkomen.

Vermijd eveneens deze geestelijke opwinding nog eens extra te belasten met een gevoel van falen: “ik kan me niet concentreren, ik kan helemaal geen zazen doen, en ik zal het nooit kunnen”. Ik herinner me hoe ik tijdens een van mijn eerste sesshins het idee had dat de andere deelnemers allemaal perfect aanwezig waren in lichaam en ademhaling, en dat alleen ik zonder ophouden aan allerlei banaliteiten zat te denken… tot ik uiteindelijk merkte dat ook dát een gedachte was.

Zie het als een storm, waar je naar kijkt. Waarom een storm? Omdat dat een onpersoonlijk gebeuren is, en dat zijn je gedachten ook. Zet als het ware een stapje achteruit en kijk, desnoods geamuseerd, maar zonder kritiek naar het spektakel van de gedachten. Ik moet altijd denken aan een verhaaltje van Godfried Bomans wanneer iemand hier een vraag over stelt. Het gaat over een huis waar het zo erg spookte dat iedereen er gillend buiten liep. Einde raad nodigde men de beroemde spokenjager Dr. Kneepjes uit. Dr. Kneepjes ging het huis binnen, zette zich op een stoel middenin de woonkamer, stak een sigaar op en keek belangstellend en aanmoedigend rond. De spoken deden hun best om de meest afgrijselijke taferelen voor te toveren, maar Kneepjes vond het allemaal prima en genoot zelfs van de show. Uiteindelijk waren ze uitgespookt en vroeg de spokenjager teleurgesteld : “En is dit het nu? Is dit nu alles wat je hebt?”. Dat was voldoende om de laatste spoken definitief te doen oplossen. Voor mij is dit één van de beste boeddhistische onderrichtingen in de Nederlandse literatuur. Het werkt echt. Laat je niet meesleuren, blijf zitten, observeer. Vroeg laat geraakt het uitgeput, maar dat is dan zelfs niet meer nodig. Want zo gauw je er niet in mee gaat, zo gauw er met andere woorden iets in jou is dat zich niet laat opjagen, wordt de zaak doorprikt en verliezen de gedachten, de dagdromen hun betovering. Dat is een fundamentele bevrijding.