Leef in het moment! Leef nu! Deze slogan is een eigen leven gaan leiden in de populaire literatuur,  of die nu gaat over boeddhisme, zen, spiritualiteit, meditatie, mindfulness, wellness of new age. Wat is de zin of onzin hiervan? Want het lijkt wel of je met dit advies alle richtingen uit kan.

Pluk de dag

Dikwijls hoor je het in de betekenis van: “Hier en nu is het enige wat telt. Het verleden is voorbij, de toekomst onzeker. Geniet van wat er nu is, pluk de dag. Heb geen spijt en maak je geen zorgen.” Alhoewel het nog zo gek niet klinkt, is dit advies op zijn minst dubbel: want je zou het kunnen opvatten alsof je geen lessen dient te trekken uit het verleden en je je niet moet bekommeren om de toekomst. “Na ons de zondvloed”, zou Madame de Pompadour aan Lodewijk XV gezegd hebben. Op deze manier is het een pleidooi voor een egoïstisch terugtrekken in het nu. Deze attitude gaat natuurlijk samen met het geloof dat er hier en nu iets te grijpen is. Het hier en nu als dat wat ze je niet kunnen afpakken, of: dat wat je niet door je vingers mag laten glippen. Een hier-en-nu materialisme zeg maar. Deze interpretatie gaat uiteraard ook uit van de gedachte dat er fundamenteel een ik is dat iets zou kunnen grijpen. Ze lijkt een vrijbrief om ons, vanuit een verhard ik-gevoel,  zelfzuchtig op te stellen en het huidige moment uit te persen als een citroen om tegemoet te komen aan de bevrediging van onze persoonlijke wensen en verlangens. Er is wel een verleden en een toekomst, maar die zijn niet mijn probleem, is de onderliggende gedachte. Wie dit standpunt verdedigt zal het gemakkelijk voorstellen als de ultieme nuchtere, no-nonsense attitude. Ik hoop dat het duidelijk is dat zo’n egocentrisch materialisme niets te maken heeft met zen, boeddhisme, nondualiteit of welk pad van bewust en bevrijd leven dan ook.

Toch kan deze invulling van “leef in het moment” haar nut hebben op een therapeutisch niveau. Bijvoorbeeld voor iemand die al te angstig is voor de toekomst, of er juist alles van verwacht. Voor iemand die teveel spijt heeft van het verleden, of het juist idealiseert. In zekere mate kan iedereen zich hierin wel herkennen. Een warme oproep om in het moment te leven en verleden en toekomst los te laten kan ons uitnodigen om hier en nu te durven léven, om hier en nu contact te hebben met de levende realiteit, met de eigen verlangens, behoeftes en wensen – en met die van de anderen. Op deze manier is het zeker een waardevol advies. Maar die raad is dan als een  medicijn, een tegengif voor een ander gif dat hun leven verzuurt. Een tegengif werkt alleen wanneer we het op de juiste manier toepassen en op tijd de behandeling stopzetten. Anders riskeren we onze obsessie voor verleden en toekomst te transformeren in één voor het nu.

Er even tussenuit

Een andere manier waarop “leven in het moment” wordt voorgesteld, gaat als volgt: “In het leven hebben we veel verantwoordelijkheden en bezigheden. Maar van tijd tot tijd is het goed om die, wanneer het even kan, opzij te zetten, ons hoofd leeg te maken en terug te komen tot de beleving van het hier en nu. Deze ademhaling, deze ervaring, dit moment. Zo kan je snel recupereren om er weer tegenaan te gaan.” Het is uiteraard goed voor hardwerkende mensen om op tijd en stond te rusten. Het is ook waar dat contact opnemen met de levende ervaring hier en nu een goede manier is om te recupereren. Toch is dit nog altijd een beperkte denkwijze die weinig te maken heeft met authentieke spiritualiteit.

Waar zit de fout?

Waar zit de fout in bovenstaande opvattingen? Met andere woorden, welk aspect van deze zienswijzen zorgt ervoor dat ze lijden, en geen bevrijding voortbrengen? Het is een kluwen van onderling afhankelijke misvattingen. Ten eerste is er het feit dat “de beleving van het nu” wordt ingeschakeld als middel tot een zelfzuchtig doel. Ten tweede is er de misvatting dat men ervan uitgaat dat er een nu is waar je werkelijk uit kan ontsnappen om er vervolgens naar terug te keren, met andere woorden de realiteit van verleden en toekomst wordt niet in vraag gesteld. Ten derde is er de onuitgesproken want niet in vraag gestelde overtuiging dat er een ik is dat zou kunnen ontsnappen of terugkeren naar dat nu; en dat dat ik ook de degene is die eventueel de vruchten kan plukken van dat nu.