14. Het observeren van emoties
Voor emoties geldt hetzelfde als voor gedachten?
Het is zeer vergelijkbaar, inderdaad. Zoek maar eens een voorbeeld van totale identificatie, therapeutische relativering, en volledige desidentificatie.
Laten we kwaadheid nemen. Wanneer ik helemaal kwaad ben, zonder zelfs te erkennen ‘ik ben kwaad’ laat staan ‘er is kwaadheid’… ja, dan is mijn blik helemaal vertroebeld door die emotie, zeker? Dan is mijn denken gekleurd door de kwaadheid. De gedachten die bovenkomen zijn dan misschien ‘wat is die man een idioot, als ik die ooit te pakken krijg!’ Of misschien kan ik die kwaadheid niet beheersen, en doe ik dingen waar ik later spijt van krijg.
Wat verandert er dan als er bewustzijn is ‘ik ben kwaad’?
Ja, dan kan ik dat al wat meer in perspectief zien. Misschien denk ik nog altijd dat ik gerechtvaardigd kwaad ben, of misschien kan ik zien dat dit nu eenmaal het soort situatie is dat me helemaal op de kast krijgt.
Dat is waar, het laat nog een heel scala aan mogelijkheden open. Wat belangrijk is, is dat je ziet dat het jouw kwaadheid is. Maar ja, dat is dus nog een beperkt standpunt. Maar het is nu tenminste een beperkt standpunt waar we ons bewust van zijn. Daarmee wordt het mogelijk het te overstijgen. Dat gaat niet zolang we het onder de mat vegen.
Want uiteindelijk is het ‘er is kwaadheid’
Juist. Nu pas op: let erop dat deze onpersoonlijke visie, hoe correct ook, er niet toe leidt dat op een persoonlijk niveau een verantwoordelijkheid niet opgenomen wordt. Dat is de verwarring van niveaus, waar ik al eerder voor waarschuwde. ‘Ja, er is een klap verkocht, er was nu eenmaal kwaadheid.’ Vanuit een bepaald standpunt is dat waar, maar het is ook waar dat er vanuit dat standpunt ‘geweld werd gepleegd’, en dat er al even onpersoonlijk ‘onder dat geweld geleden werd’, ‘een proces gevoerd werd’ en ‘een boete opgelegd wordt’.
Maar het is niet omdat er op een persoonlijk niveau een verantwoordelijkheid genomen wordt dat je niet helder kan inzien dat er in wezen geen afzonderlijke persoon is. Het is juist vanuit dit inzicht dat ethisch gedrag zich realiseert. Op het ethische leven, dat natuurlijk niet gescheiden is van het spirituele leven, komen we nog zeker uitgebreid terug in een volgend gesprek.
Is het niet zo dat emoties dikwijls heel erg meeslepend zijn, dat ze je heel erg in een identificatie meesleuren?
Zeker, het is vooral de combinatie van gedachten en emoties die heel overtuigend is. Gedachten en emoties lokken elkaar uit, en samen zijn ze sterk. Als kwaadheid bijvoorbeeld vergezeld is van gedachten als ‘het is toch waar zeker!’ en ‘ik ben weer het slachtoffer!’, dan is er behoorlijk wat helderheid vereist om het te zien als een heel overtuigende film, zodat je uit het verhaal kan stappen en gedachten en emoties als een onpersoonlijk proces kan ontmaskeren.
Maar het is niet verkeerd om als zenbeoefenaar emoties te hebben?
Natuurlijk niet! Dat maakt deel uit van het leven! Dat is weer die oude, idiote gedachte dat je van zen een lege gevoelloze robot wordt of zou moeten worden. Dat zijn projecties van mensen die er niets van begrijpen. Dit is wat er gebeurt: de emotie wordt ervaren, en gaat op natuurlijke wijze voorbij. Alles vloeit. Op voorwaarde dat je je er niet aan vastklampt. Verdriet bijvoorbeeld, is een heel natuurlijke emotie wanneer iemand waarvan je houdt (en ook dat is gelukkig een natuurlijke emotie) in de problemen zit of sterft. Dan is er verdriet, rouw. Ook die gevoelens, hoe diep ook, gaan voorbij. Als die niet voorbijgaan, is het omdat je je er op een of andere manier aan vastklampt. Ook hier kan heldere open aandacht, erbij blijven een grote hulp zijn zowel op therapeutisch als op spiritueel niveau.
En geluk, vreugde?
Eender welke emotie: schenk ze aandacht. Onze beoefening is heel simpel. Schenk alles aandacht. Zie hoe alle verschijnselen, van welke aard ook, opkomen en voorbijgaan. Ze spelen zich allemaal in dezelfde ruimte af, de ruimte van het bewustzijn. Hoe meer je vertrouwd wordt met dit panorama, des te meer je ziet dat er geen fundamenteel verschil is tussen een gedachte, een geluid, een lichamelijke gewaarwording, iets dat je ziet, een emotie. Praktisch kan je daar allerlei lijntjes en onderscheiden in trekken, maar dat is niet meer dan een praktische manier van onderscheid maken.
Moet je dan geen onderscheid maken tussen mijn en jouw emoties?
Jawel. Ik ben me bewust van jouw emoties, en resoneer daarmee tot op zekere hoogte. Dat is belangrijk en natuurlijk. Maar ik ga daarom niet helemaal mee in jouw gevoelsleven, zoals ik ook niet al jouw gedachten deel, of je naam, huis, bankrekening of beroep. De eenheid doet zich nu eenmaal voor als veelheid. Alle bladeren van de boom zijn boom, en tegelijk is dit blad niet dat blad. Er is altijd het onderscheid tussen de niveaus, als je dat ontkent krijg je onzin.